KorpsMariniers 61-62
Mariniers Doorn 1960
Mariniers Torn 1961
Schiphol - Biak
Mariniers Biak1961-1
Keurkorps Nw.Guinea
MariniersManokwari61
Kompaskoers 339-1&2
Mariniers Hollandia
MariniersWaigeo61-62
MariniersNabiré 1961
Mariniers Misool1961
Mariniers Biak1961-2
MariniersBatanta6162
Mariniers Biak1962-1
MariniersManokwari62
Mariniers Gag 1962
MariniersKaimana1962
Mariniers Kokas 1962
MariniersFakFak61-62
MariniersTanahMerah
MariniersMerauke1962
Mariniers Biak1962-2
Mariniers & Zeeleeuw
Mariniers&Ind.Para's
Mariniers CDO & V&I
Voor de Vrijheid
Broers van Soekarno
Kranten/Nieuws 1962
Trikora
De Zinloze Dood
Eregalerij Toen & Nu
In Memoriam
Doorn27oktober2012
Reünie 13 maart 2019
Reünie 6 april 2019
Reünie 11 mei 2019
Reünie Fakfak 2019
Reünie 13 mei 2017
Fotoalbum 21okt 2017
NooitVerlorenOorlog
Korpsverjaardag 2016
Roermond
Contact
Bevriende sites


Bezoekers
Visitors
Kath.Illustratie 23 september 1961
.......en een, die wild was op hygiƫne, ging zijn tanden poetsen in zee....
en Jan de Papoea at zich daarna het u - weet wel.

 

,, Moedèèèèèr ! "

 

  • Toen we eindelijk op enigszins vrijgekapte ruimte het vuur ontdekten, vloog ieder er dwars door de wolkbreuk op af. Eén riep, met z'n schoenen vol zeewater de eindsprint inzettend, luidkeels om z'n moeder. Een ander schreeuwde : ,, Als ome Soek nou om 't eiland komt, mag ie 't hebben, maar dan moet ie 't ook op staande voet overnemen !" Een derde sloeg me op m'n doorweekte schouder en zei : ,, Wat een scharrige rottroep ! Als uw baas u zo zag , meneer, kreeg u onmiddellijk opslag ! "

 

  • De ellende was onvoorstelbaar ! Van boven waren we net zo nat als van onderen en inmiddels plensde de wolkbreuk onafgebroken door : het zoete water gutste in stralen van je kop af, het zoute siepelde uit je broekspijpen. En er was geen dak of boom of blad om onder te schuilen. Ik heb die knapen wel bewonderd want echt gekankerd werd er niet ( wel geschonden ) en ieder hielp mee. We hielden een grondzeil boven het vuur op, om te voorkomen dat het  uitregende.  Toen het onweer overgedreven was, stookten we het vuur op, trokken onze drijfnatte spullen uit en probeerden ze te drogen. Voor roosterde je van de hitte ( het grootste wonder was, dat het kletsnatte hout nog zo brandde ) , achter kreeg je het koud en werd je opgevreten door de muskieten.

 

  • Later kwamen er nieuwe vuren, maar toen het romantisch begon te worden, volgde er een nieuwe wolkbreuk van een ander onweer. Misschien was het ook wel hetzelfde, en natter dan het eerste kon moeilijk. U zult  het niet geloven, maar die nacht zijn we vier keer doorweekt. Sommigen sliepen uitgeput overal doorheen, in hun grondzeil gerold als mummies ; anderen kletsten de hele nacht ( ik hoorde honderden mariniersmoppen en tientallen steengoeie immitaties van officieren ), kapten telkens nieuw hout voor de ,, snurkvuurtjes ", die we brandend hielden, tot de nieuwe dag grauw en mistig tussen de bomen kwam. Om een uur of drie kwam de maan op. We hadden toen net de tweede wolkbreuk gehad en iedereen was weer wakker. ,, Vannacht met die nieuwe doorsteek op kompas wacht ik op de maan" piekerde luitenant Kayzer, die het toch niet zinde, dat ie z'n flashlight had moeten gebruiken. ,, Dan gaan we dwars over het eiland, en misschien helpt dat maanlicht...."

Als ze me nou zagen....

 

  • U had het ontwaken moeten meemaken. We ontdekten toen pas goed, hoe we erbij gelegen hadden en hoe ons slaapterrein er uit zag. Maar veel tijd voor zelfbeklag hadden we niet. Het vuur werd opgebouwd voor koffiewater, ieder begon zich ongegeneerd te krabben en de eersten strompelden stijf en houterig over de  nasnurkende mummies naar zee. Ze hadden allemaal een extra-stel ondergoed bij zich, konden dus iets droogs aantrekken ( als het die nacht tenminste droog gebleven was ). ,,Op lange patrouilles trek je 's avonds altijd droge spullen aan om te slapen " zei Kayzer, terwijl hij vrolijk en schijnbaar volkomen fit in het koffiewater roerde. ,, Als je dan de andere ochtend weer in je natte bushplunje moet, heb je 't ijskoud. Maar als je eenmaal loopt, gaat het weer."

 

  • Hij zorgde als een voortreffelijk gastheer voor m'n ontbijt, terwijl ik in een doorweekt boekje de namen en adressen van onze eigen groep probeerde te noteren. Dat had nogal wat voeten in de aarde, want wakker was iedereen nog niet. Maar met veel bijcommentaar van de omstanders kreeg ik het er toch uit. Onze eigen boslopers waren Peter Zoon, marinier derde klas, die, voor ie naar dit scharrige land moest, een bakkerswijkje in Velzen had ( ,, as ik terugkom, dit in ieder geval nie meer"), Cor ,,Stumpie" Lukas uit Delft, banketbakker van z'n vak, Henkie van der Logt uit Almelo (,, hij snurkt nog : schrijf maar onderhoudsmonteur"), G.Knoop uit Aduard, die in een tractoren en automobielbedrijf zat, en tenslotte de onverwoestbare Willem van der Veer uit Amsterdam, al vijf jaar eerzaam stratenmaker in de hoofdstad ( ,, dan legt 'r hier nog zat werk voor je, Willem ").

 

  • Ik zal ze nooit vergeten en zeker Willem niet : midden in de nacht tijdens de zoveelste wolkbreuk was Willem ook maar eens gaan sprokkelen voor ons bivakvuur en ineens zag ik een soort zondvloedmens uit het donker komen met een half bós op z'n nek.

          , , As ze me nou hier zaogen, kwam me hele familie me haolen ," hijgde Willem.

 

verder, see, voir, laatste pag. 6

TerugVerder

carol.magermans@gmail.com